Wat klinkt er in de huiskamer van Deodaat Visser

Hoe zit je er op dit moment bij?

‘Ik zit thuis in een stoel. Er valt verder eigenlijk niet zo veel over te vertellen.’

Waar luister je nu graag naar?

‘Ik luister naar van alles, maar de laatste tijd veel naar Bruckner. De rijkdom van melodieën vind ik fascinerend. Ik probeer alle symfonieën te beluisteren, meerdere malen, want het is allemaal niet makkelijk te onthouden natuurlijk. Ik ben nu bij de Vierde symfonie. De Vijfde door het Concertgebouworkest [in 2013, red.] was eigenlijk de ­eye-opener. Toen wist ik dat ik die muziek vaker wou horen.’

Kijk je ook naar tv-uitzendingen of streams?

‘Nee, heel weinig. Wij hebben een ouderwets toestel, met slecht geluid, en geluid is alles. Ik hoef het ook niet te zien.’

Wat mis je het meest nu je niet naar live-concerten kunt?

‘Ik ging al niet vaak hoor. De kaartjes zijn zo ontzettend duur. Als je ziet wat je er allemaal voor krijgt, zeker met hele symfonieorkesten en koren, is het eigenlijk heel goedkoop, maar het is toch veel geld. We zouden allemaal betere salarissen moeten krijgen, want eigenlijk zou iedereen naar concerten moeten kunnen.’

Stel dat je weer naar concerten kunt, waar ga je dan heen?

‘Hedendaagse muziek. Je laten verrassen door nieuwe muziek, dat vind ik fascinerend. Natuurlijk kan het meevallen of tegenvallen, maar het is de moeite waard om te proberen. Wat je al kent is minder interessant, dan denk je: dat is wat sneller, of wat langzamer. Maar moderne muziek, dáármee moeten we verder.’

Welke muziek moet iedereen volgens jou horen?

‘Dat hangt nogal van de leeftijd af, denk ik. Vroeger luisterde ik bijvoorbeeld erg weinig naar vocale muziek, maar ik ben steeds meer van zang en muziek voor koor gaan houden. Wat mij enorm verraste, toen ik het voor het eerst hoorde, was Brahms’ Ein deutsches Requiem. Het is natuurlijk romantisch tot-en-met, maar toch, zo prachtig met dat koor.’