Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Violist Daniel Lozakovich: ‘Als je aan je handen denkt terwijl je speelt, ben je verloren’

door Frederike Berntsen
23 mei 2024 23 mei 2024

‘Goed luisteren, daar draait het om’, weet ­violist Daniel Lozakovich. Op die manier kom je erachter waar de muziek over gaat. Met zijn muzikale vriend Klaus Mäkelä, een goede luisteraar, speelt hij Brahms’ Dubbelconcert.

  • Daniel Lozakovich

    Foto: Lyodoh Kaneko

    Daniel Lozakovich

    Foto: Lyodoh Kaneko

  • Daniel Lozakovich

    Foto: Lyodoh Kaneko

    Daniel Lozakovich

    Foto: Lyodoh Kaneko

‘Vannacht heb ik in mijn hotel tot 5.35 uur gestudeerd’, zegt Daniel Lozakovich. Hij zit tegen de zijwand in de Kleine Zaal, vlak bij het podium, vioolkist aan zijn voeten. ‘Ik zou een prettiger werkschema willen hebben, maar als alles en iedereen stilvalt, kan ik me juist goed concentreren.’ De violist is eind maart in Amsterdam omdat hij met pianist Alexandre Kantorow een recital geeft in de Kleine Zaal. In een zeldzaam uurtje dat de zaal leeg staat deelt hij zijn gedachten over de kunsten, het leven en zijn vriendschap met Klaus Mäkelä. Het Concert voor viool, cello en orkest van Johannes Brahms staat deze maand op de lessenaars van beide heren. Ze worden begeleid door de Oslo Philharmonic, waarvan Mäkelä chef is.

Voor Lozakovich is de muziek de liefde van zijn leven. Hij duikt direct diep in wat hem dagelijks fascineert. ‘Natuurlijk moet je technisch alles kunnen, niets mag de muziek in de weg staan. Daarom moet je iedere dag studeren. Maar het belangrijkste is luisteren. Als je dat niet doet, kom je er niet achter waar de muziek over gaat en wat je er zelf mee zou willen. Als je doel duidelijk is, als je een visie hebt, volgen de handen. Als je aan je handen denkt terwijl je speelt, ben je verloren.’


‘Ik vaar op Klaus’

Lozakovich noemt zijn muzikale vriend Klaus Mäkelä, de toekomstige chef-­dirigent van het Concertgebouworkest, een goede luisteraar. Ze kennen elkaar nu zo’n zeven jaar. ‘Klaus is helder in zijn begrip, zeer toegewijd en altijd extreem goed voorbereid. Brahms’ Dubbelconcert doen we nu voor het eerst, met zijn orkest uit Oslo. Daarin zitten stuk voor stuk ook goede luisteraars. Het is een zeer muzikaal orkest.’
‘Met Klaus had ik direct een klik’, vervolgt hij. ‘We praten over muziek, musici, oude opnames. Op het podium voelt alles puur met hem. Deze Brahms doen we zonder dirigent, ik vaar op Klaus, als hij zegt dat het werkt op deze manier geloof ik dat.’

Wat kunst leert

Daniel Lozakovich is net 23 geworden. Zijn hele leven draait om de kunsten, die hij intens beleeft. Hij houdt zich niet alleen bezig met muziek, ook schilderkunst heeft zijn aandacht en het boek in zijn koffer is van Boris Pasternak, gedichten. ‘Als je de muziek niet volledig leeft, je er met de grootste toewijding dag in dag uit aan overgeeft, is het niet mogelijk om iets over te brengen dat in iemands hart beklijft.’ Tegelijkertijd noemt Lozakovich het enkel met muziek bezig zijn de grootste fout die je als musicus kunt maken. Wat is muziek als je niets anders kent? Van de andere kunstvormen leer je over je eigen kunst.

‘Muziek gaat over de connectie tussen de mensen, over hun ziel, gedachten en hart.’

Opoffering

Zijn eerste optreden in Het Concert­gebouw was in 2019, met de Münchner Philharmoniker onder leiding van Valery Ge­rgiev. Op het programma stond Beethoven. Sindsdien is Daniel Lozakovich meermaals terug geweest, en iedere keer opnieuw zijn de zalen in Het Concertgebouw voor hem de hemel op aarde. ‘Toch gaat muziek niet over concertzalen’, benadrukt hij. ‘Muziek gaat over de connectie tussen de mensen, over hun ziel, gedachten en hart. Natuurlijk helpt de zaal wel, de akoestiek, de energie. Kunstmuziek is geen entertainment. Iedere componist heeft geleden, heeft zijn leven opgeofferd om te schrijven. Lezen en spelen zijn dan niet voldoende. Je moet hetzelfde doormaken. De luisteraar ook. Je kunt er een beter persoon door worden, gevoeliger, aardiger, mooier, eerlijker. Alle onsterfelijke kunst zorgt daarvoor.’

Opa

Drieëntwintig jaar, maar bepaald geen lichtgewicht, deze in Stockholm geboren musicus. Hoe oud is Lozakovich’ ziel eigenlijk? Hij lacht: ‘Twaalf jaar. Maar nee, mijn beste vrienden zijn rond de 60 of 70, met hen voel ik me het meest verbonden. Vroeger op school werd ik ‘opa’ genoemd. Dat zegt wel wat, hè? De moed om te leven, om de muziek te leven, spreekt me aan in de oudere generatie. Luister naar Maria Yudina [een Russische ­pianiste die leefde van 1899 tot 1970, red.], haar late Beethoven en Schubert, en je weet wat ik bedoel. Ik heb, geloof ik, ook de moed om te leven. Ik sla een nacht over als er een moment is waarvan ik weet dat het eenmalig is, dan laat ik daar alles voor gaan.’


Als een handschoen

De carrière van Lozakovich gaat als een speer. Hij weet niet beter dan dat hij een leven als musicus heeft, inclusief zwaarbeladen agenda’s en altijd onderweg zijn. Met zijn moeder reisde hij al veel. Samen zochten ze naar de beste leraar, en vonden die in Karlsruhe: Josef Rissin. Zijn viool past hem als een handschoen. ‘De viool waarop ik speel is een zij, een Stradivarius uit 1713.’ Hij haalt het instrument uit de koffer en bestudeert voor- en achterblad. ‘Ooit was ze van Ivry Gitlis. We deden samen Bach toen ik tien was, hij was 91. Zijn ziel zit in deze Stradivarius, hij heeft er zeventig jaar op gespeeld. Het geluid, de kleuren, de geheimen die erin zitten zijn oneindig. Ik geloof dat ik viool heb gespeeld in een vorig leven. Toen ik het instrument voor het eerst hoorde, werd ik er direct verliefd op. Ik was zeven, een magische kracht ging ervan uit. Ik had de viool gemist, dat gevoel. Het is het meest mysterieu­ze en verleidelijke instrument dat ik ken.’

Daniel Lozakovich in 15 dilemma’s

dag / nacht
zomer / winter
koffie / thee
stad / platteland
ochtend / avond
zoet / hartig
onderweg / thuis
boek / film
Spotify / cd
Bach / Brahms en ­Beethoven
majeur / mineur
kamermuziek / soleren met orkest
Vioolconcert Beethoven / Vioolconcert Tsjaikovski
Le Reynier-Stradivarius / ex-Sancy-Stradivarius
Heifetz / Kreisler


‘Vannacht heb ik in mijn hotel tot 5.35 uur gestudeerd’, zegt Daniel Lozakovich. Hij zit tegen de zijwand in de Kleine Zaal, vlak bij het podium, vioolkist aan zijn voeten. ‘Ik zou een prettiger werkschema willen hebben, maar als alles en iedereen stilvalt, kan ik me juist goed concentreren.’ De violist is eind maart in Amsterdam omdat hij met pianist Alexandre Kantorow een recital geeft in de Kleine Zaal. In een zeldzaam uurtje dat de zaal leeg staat deelt hij zijn gedachten over de kunsten, het leven en zijn vriendschap met Klaus Mäkelä. Het Concert voor viool, cello en orkest van Johannes Brahms staat deze maand op de lessenaars van beide heren. Ze worden begeleid door de Oslo Philharmonic, waarvan Mäkelä chef is.

Voor Lozakovich is de muziek de liefde van zijn leven. Hij duikt direct diep in wat hem dagelijks fascineert. ‘Natuurlijk moet je technisch alles kunnen, niets mag de muziek in de weg staan. Daarom moet je iedere dag studeren. Maar het belangrijkste is luisteren. Als je dat niet doet, kom je er niet achter waar de muziek over gaat en wat je er zelf mee zou willen. Als je doel duidelijk is, als je een visie hebt, volgen de handen. Als je aan je handen denkt terwijl je speelt, ben je verloren.’


‘Ik vaar op Klaus’

Lozakovich noemt zijn muzikale vriend Klaus Mäkelä, de toekomstige chef-­dirigent van het Concertgebouworkest, een goede luisteraar. Ze kennen elkaar nu zo’n zeven jaar. ‘Klaus is helder in zijn begrip, zeer toegewijd en altijd extreem goed voorbereid. Brahms’ Dubbelconcert doen we nu voor het eerst, met zijn orkest uit Oslo. Daarin zitten stuk voor stuk ook goede luisteraars. Het is een zeer muzikaal orkest.’
‘Met Klaus had ik direct een klik’, vervolgt hij. ‘We praten over muziek, musici, oude opnames. Op het podium voelt alles puur met hem. Deze Brahms doen we zonder dirigent, ik vaar op Klaus, als hij zegt dat het werkt op deze manier geloof ik dat.’

Wat kunst leert

Daniel Lozakovich is net 23 geworden. Zijn hele leven draait om de kunsten, die hij intens beleeft. Hij houdt zich niet alleen bezig met muziek, ook schilderkunst heeft zijn aandacht en het boek in zijn koffer is van Boris Pasternak, gedichten. ‘Als je de muziek niet volledig leeft, je er met de grootste toewijding dag in dag uit aan overgeeft, is het niet mogelijk om iets over te brengen dat in iemands hart beklijft.’ Tegelijkertijd noemt Lozakovich het enkel met muziek bezig zijn de grootste fout die je als musicus kunt maken. Wat is muziek als je niets anders kent? Van de andere kunstvormen leer je over je eigen kunst.

‘Muziek gaat over de connectie tussen de mensen, over hun ziel, gedachten en hart.’

Opoffering

Zijn eerste optreden in Het Concert­gebouw was in 2019, met de Münchner Philharmoniker onder leiding van Valery Ge­rgiev. Op het programma stond Beethoven. Sindsdien is Daniel Lozakovich meermaals terug geweest, en iedere keer opnieuw zijn de zalen in Het Concertgebouw voor hem de hemel op aarde. ‘Toch gaat muziek niet over concertzalen’, benadrukt hij. ‘Muziek gaat over de connectie tussen de mensen, over hun ziel, gedachten en hart. Natuurlijk helpt de zaal wel, de akoestiek, de energie. Kunstmuziek is geen entertainment. Iedere componist heeft geleden, heeft zijn leven opgeofferd om te schrijven. Lezen en spelen zijn dan niet voldoende. Je moet hetzelfde doormaken. De luisteraar ook. Je kunt er een beter persoon door worden, gevoeliger, aardiger, mooier, eerlijker. Alle onsterfelijke kunst zorgt daarvoor.’

Opa

Drieëntwintig jaar, maar bepaald geen lichtgewicht, deze in Stockholm geboren musicus. Hoe oud is Lozakovich’ ziel eigenlijk? Hij lacht: ‘Twaalf jaar. Maar nee, mijn beste vrienden zijn rond de 60 of 70, met hen voel ik me het meest verbonden. Vroeger op school werd ik ‘opa’ genoemd. Dat zegt wel wat, hè? De moed om te leven, om de muziek te leven, spreekt me aan in de oudere generatie. Luister naar Maria Yudina [een Russische ­pianiste die leefde van 1899 tot 1970, red.], haar late Beethoven en Schubert, en je weet wat ik bedoel. Ik heb, geloof ik, ook de moed om te leven. Ik sla een nacht over als er een moment is waarvan ik weet dat het eenmalig is, dan laat ik daar alles voor gaan.’


Als een handschoen

De carrière van Lozakovich gaat als een speer. Hij weet niet beter dan dat hij een leven als musicus heeft, inclusief zwaarbeladen agenda’s en altijd onderweg zijn. Met zijn moeder reisde hij al veel. Samen zochten ze naar de beste leraar, en vonden die in Karlsruhe: Josef Rissin. Zijn viool past hem als een handschoen. ‘De viool waarop ik speel is een zij, een Stradivarius uit 1713.’ Hij haalt het instrument uit de koffer en bestudeert voor- en achterblad. ‘Ooit was ze van Ivry Gitlis. We deden samen Bach toen ik tien was, hij was 91. Zijn ziel zit in deze Stradivarius, hij heeft er zeventig jaar op gespeeld. Het geluid, de kleuren, de geheimen die erin zitten zijn oneindig. Ik geloof dat ik viool heb gespeeld in een vorig leven. Toen ik het instrument voor het eerst hoorde, werd ik er direct verliefd op. Ik was zeven, een magische kracht ging ervan uit. Ik had de viool gemist, dat gevoel. Het is het meest mysterieu­ze en verleidelijke instrument dat ik ken.’

Daniel Lozakovich in 15 dilemma’s

dag / nacht
zomer / winter
koffie / thee
stad / platteland
ochtend / avond
zoet / hartig
onderweg / thuis
boek / film
Spotify / cd
Bach / Brahms en ­Beethoven
majeur / mineur
kamermuziek / soleren met orkest
Vioolconcert Beethoven / Vioolconcert Tsjaikovski
Le Reynier-Stradivarius / ex-Sancy-Stradivarius
Heifetz / Kreisler


Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.