Wie is Serge Rachmaninoff?
Serge Rachmaninoff
componist
Serge Rachmaninoff (1873-1943) was een Russische componist, pianist en dirigent. Hij is vooral bekend om zijn pianoconcerten, werken voor piano solo en koorwerken als de Vespers.
Welke opleiding kreeg Rachmaninoff?
Serge Rachmaninoff kwam, oorspronkelijk als Sergei Vasiljevitsj Rachmaninov, ter wereld op 1 april 1873 op het landgoed Oleg, in het district Novgorod (nabij het huidige Sint-Petersburg). Zijn familie was van aristocratische komaf en leverde al generaties mannen aan het leger; ook Rachmaninoffs vader was officier.
Muziek was belangrijk binnen Rachmaninoffs familie; zijn vader speelde piano en zijn grootvader had zelfs nog pianolessen gehad van de Ierse componist John Field. Het was geen grote verrassing dat de jonge Sergei ook muzikaal talent bezat. Hij ging al op zijn twaalfde naar het conservatorium van Sint-Petersburg. Door de scheiding van zijn ouders presteerde hij slecht waarop hij zijn studiebeurs verloor. Hierop probeerde hij het opnieuw aan het Moskouse conservatorium, waar hij wel slaagde.
Welke muziek componeerde Rachmaninoff?
Net als zijn studiegenoot Aleksandr Skrjabin liet Rachmaninoff zich inspireren door Russische tradities en door de virtuoze musici uit de voorbije eeuw, zoals violist Niccolò Paganini en de componerende pianovirtuozen Frédéric Chopin en Franz Liszt.
In 1893, twintig jaar oud, kreeg Rachmaninoff zijn eerste contract bij een uitgever en componeerde hij wat misschien wel zijn bekendste pianocompositie werd, de Prelude in cis klein. Akkoorden met ver uit elkaar liggende noten aan het slot laten zien hoe groot zijn handen waren.
‘Ik heb het gevoel dat het soort muziek dat ik graag schrijf tegenwoordig niet meer wordt geaccepteerd’
Ook zijn vroege composities hebben al de kenmerkende melancholieke, romantische stijl die Rachmaninoff trouw zou blijven. Hij brak niet met de traditie, maar had een geheel eigen stijl. Zo trok hij lage en hoge stemmen verder uit elkaar dan gebruikelijk was, zoals goed hoorbaar in zijn Vespers voor koor. Daarin maakt hij dankbaar gebruik van de ‘oktavist’, een extra lage basstem die voorkomt in de Russisch-orthodoxe kerkmuziek.
Rachmaninoffs melodieën zijn vindingrijk en vaak onvoorspelbaar, en de harmonische structuur van zijn muziek is vernieuwender dan vaak wordt gedacht.
Depressie
Na de rampzalige, door critici neergesabelde première van zijn Eerste symfonie in 1895 – naar verluidt was dirigent Alexander Glazoenov dronken – raakte Rachmaninoff in een diepe depressie. Drie jaar lang kon hij niets componeren. Door hypnotherapie kwam hij er langzaam bovenop. Dankzij het succes van zijn eerste twee pianoconcerten en zijn Tweede symfonie herwon hij vervolgens zijn zelfvertrouwen.
Ouderwets
Anders dan generatiegenoten Richard Strauss en Arnold Schönberg bleef Rachmaninoff zijn leven lang trouw aan het negentiende-eeuwse tonale idioom. Daardoor werd en wordt zijn muziek vaak als ouderwets beschouwd. Tegen het einde van zijn leven leek die kritiek hem het meest dwars te zitten. In een interview in 1934 antwoordde hij op de vraag waarom hij al een tijd niet gecomponeerd had: ‘Ik heb het gevoel dat het soort muziek dat ik graag schrijf tegenwoordig niet meer wordt geaccepteerd’.
Liefde, revolutie en dood
In 1902 trouwde Rachmaninoff met zijn nicht Natalja Aleksandrovna Satina. Ze kregen twee dochters. Als huwelijksgeschenk kreeg het paar het kleinste huis op Ivanovka, het zomerverblijf van de schoonfamilie. Hier kon Rachmaninoff in alle rust componeren.
Rachmaninoff verdiende zijn geld in het westen grotendeels als pianist. Na de Oktoberrevolutie van 1917 verliet Rachmaninoff zijn vaderland en in 1918 vestigde hij zich met zijn gezin in de Verenigde Staten; als rijke aristocraten waren zij niet bepaald welkom onder het nieuwe communistische regime. Rachmaninoff verbleef ook veel in Europa. In 1931 liet hij een eigen villa bouwen in Zwitserland, Villa Senar.
Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 verbleef Rachmaninoff permanent in de VS. Op 28 maart 1943 stierf hij in een ziekenhuis in Beverly Hills aan de gevolgen van huidkanker. Sinds 1982 is in Ivanovka een museum aan hem gewijd.
Depressie
Na de rampzalige, door critici neergesabelde première van zijn Eerste symfonie in 1895 – naar verluidt was dirigent Alexander Glazoenov dronken – raakte Rachmaninoff in een diepe depressie. Drie jaar lang kon hij niets componeren. Door hypnotherapie kwam hij er langzaam bovenop. Dankzij het succes van zijn eerste twee pianoconcerten en zijn Tweede symfonie herwon hij vervolgens zijn zelfvertrouwen.
Ouderwets
Anders dan generatiegenoten Richard Strauss en Arnold Schönberg bleef Rachmaninoff zijn leven lang trouw aan het negentiende-eeuwse tonale idioom. Daardoor werd en wordt zijn muziek vaak als ouderwets beschouwd. Tegen het einde van zijn leven leek die kritiek hem het meest dwars te zitten. In een interview in 1934 antwoordde hij op de vraag waarom hij al een tijd niet gecomponeerd had: ‘Ik heb het gevoel dat het soort muziek dat ik graag schrijf tegenwoordig niet meer wordt geaccepteerd’.
Liefde, revolutie en dood
In 1902 trouwde Rachmaninoff met zijn nicht Natalja Aleksandrovna Satina. Ze kregen twee dochters. Als huwelijksgeschenk kreeg het paar het kleinste huis op Ivanovka, het zomerverblijf van de schoonfamilie. Hier kon Rachmaninoff in alle rust componeren.
Rachmaninoff verdiende zijn geld in het westen grotendeels als pianist. Na de Oktoberrevolutie van 1917 verliet Rachmaninoff zijn vaderland en in 1918 vestigde hij zich met zijn gezin in de Verenigde Staten; als rijke aristocraten waren zij niet bepaald welkom onder het nieuwe communistische regime. Rachmaninoff verbleef ook veel in Europa. In 1931 liet hij een eigen villa bouwen in Zwitserland, Villa Senar.
Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in 1939 verbleef Rachmaninoff permanent in de VS. Op 28 maart 1943 stierf hij in een ziekenhuis in Beverly Hills aan de gevolgen van huidkanker. Sinds 1982 is in Ivanovka een museum aan hem gewijd.
Bijgewerkt op maandag 13 februari 2023