Een macabere klucht
door Bert Natter 17 mei 2025 17 mei 2025
Schrijver Bert Natter deelt maandelijks een literair-muzikale tip. Deze keer Amsterdam door Ian McEwan.
Amsterdam van Ian McEwan vertelt het verhaal van twee oude vrienden aan het eind van de vorige eeuw. Vernon is hoofdredacteur van een krant die met dalende oplagecijfers kampt, Clive is een hedendaagse componist die worstelt met een eervolle opdracht: een symfonie schrijven voor de millenniumwisseling. De vrienden komen elkaar tegen op de uitvaart van een vrouw met wie ze allebei ooit een relatie hebben gehad. Molly, schrijfster en fotografe, takelde als gevolg van een ziekte af tot ze op het laatst geen schim meer was van de sprankelende vrouw op wie de vrienden ooit verliefd werden.
Clive en Vernon besluiten dat mochten zij ooit gaan dementeren, ze elkaar zullen helpen uit het leven te stappen. Dit voornemen zal hen uiteindelijk in Amsterdam brengen, de hoofdstad van het land waar een vrijwillig levenseinde tot de mogelijkheden behoort. Daarbij veroorlooft McEwan zich nogal wat dichterlijke vrijheid als het de Nederlandse wetgeving inzake euthanasie betreft.
Voor liefhebbers van klassieke muziek is het interessant dat een van de personages componist is. Clive is altijd bezig met componeren, overal hoort hij geluiden die hij in zijn werk kan gebruiken. Deze versimpelde en romantische weergave van de manier waarop een kunstenaar op ideeën komt, werkt in deze korte roman.
Regelmatig zien we Clive ofwel in zijn werkkamer ofwel in de vrije natuur bezig met zijn symfonie en in die scènes komt het talent van McEwan om in snelle schetsen mensen te tekenen het best tot zijn recht. Je gelooft echt dat een componist bezig is zijn melodieën en harmonieën te vormen en je bent erbij als zijn symfonie onder zijn handen dreigt te verkruimelen.
Aan het eind van het boek vinden we Clive op een podiumplaats in Het Concertgebouw bij een repetitie van wat zijn meesterwerk moet zijn. Eerst gelooft hij nog in zijn eigen genialiteit: ‘Voor nu was het zijn muziek, de wonderbaarlijke transformatie van gedachten in geluid.’ Maar als de grootse finale wordt ingezet, dringt tot Clive door wat hij hoort als het hele orkest op volle kracht het laatste thema inzet: ‘Een gigantische doedelzak die nodig gerepareerd moet worden.’
Zoals in veel boeken van McEwan is de van cliffhangers aan elkaar hangende plot een belangrijke motor in het verhaal. Helaas grenzen de beschreven gebeurtenissen soms aan het ongeloofwaardige. Een compleet Brits symfonieorkest dat met een topdirigent de Grote Zaal van Het Concertgebouw afhuurt om daar enkele dagen een werk van een hedendaagse componist te repeteren dat daar helemaal niet voor publiek gespeeld zal worden? Ik kan het me niet voorstellen, maar McEwan moest zijn componist toch in de hoofdstad van het vrijwillig levenseinde zien te krijgen, vandaar.
Ondanks dergelijke tekortkomingen is Amsterdam een heerlijke en macabere klucht.
Dit was de laatste aflevering van onze rubriek De boekentip. De jarige stad Amsterdam (750!) speelt een centrale rol in ons septembernummer. Meer over componisten in de Grote Zaal lees je hier.
Amsterdam van Ian McEwan vertelt het verhaal van twee oude vrienden aan het eind van de vorige eeuw. Vernon is hoofdredacteur van een krant die met dalende oplagecijfers kampt, Clive is een hedendaagse componist die worstelt met een eervolle opdracht: een symfonie schrijven voor de millenniumwisseling. De vrienden komen elkaar tegen op de uitvaart van een vrouw met wie ze allebei ooit een relatie hebben gehad. Molly, schrijfster en fotografe, takelde als gevolg van een ziekte af tot ze op het laatst geen schim meer was van de sprankelende vrouw op wie de vrienden ooit verliefd werden.
Clive en Vernon besluiten dat mochten zij ooit gaan dementeren, ze elkaar zullen helpen uit het leven te stappen. Dit voornemen zal hen uiteindelijk in Amsterdam brengen, de hoofdstad van het land waar een vrijwillig levenseinde tot de mogelijkheden behoort. Daarbij veroorlooft McEwan zich nogal wat dichterlijke vrijheid als het de Nederlandse wetgeving inzake euthanasie betreft.
Voor liefhebbers van klassieke muziek is het interessant dat een van de personages componist is. Clive is altijd bezig met componeren, overal hoort hij geluiden die hij in zijn werk kan gebruiken. Deze versimpelde en romantische weergave van de manier waarop een kunstenaar op ideeën komt, werkt in deze korte roman.
Regelmatig zien we Clive ofwel in zijn werkkamer ofwel in de vrije natuur bezig met zijn symfonie en in die scènes komt het talent van McEwan om in snelle schetsen mensen te tekenen het best tot zijn recht. Je gelooft echt dat een componist bezig is zijn melodieën en harmonieën te vormen en je bent erbij als zijn symfonie onder zijn handen dreigt te verkruimelen.
Aan het eind van het boek vinden we Clive op een podiumplaats in Het Concertgebouw bij een repetitie van wat zijn meesterwerk moet zijn. Eerst gelooft hij nog in zijn eigen genialiteit: ‘Voor nu was het zijn muziek, de wonderbaarlijke transformatie van gedachten in geluid.’ Maar als de grootse finale wordt ingezet, dringt tot Clive door wat hij hoort als het hele orkest op volle kracht het laatste thema inzet: ‘Een gigantische doedelzak die nodig gerepareerd moet worden.’
Zoals in veel boeken van McEwan is de van cliffhangers aan elkaar hangende plot een belangrijke motor in het verhaal. Helaas grenzen de beschreven gebeurtenissen soms aan het ongeloofwaardige. Een compleet Brits symfonieorkest dat met een topdirigent de Grote Zaal van Het Concertgebouw afhuurt om daar enkele dagen een werk van een hedendaagse componist te repeteren dat daar helemaal niet voor publiek gespeeld zal worden? Ik kan het me niet voorstellen, maar McEwan moest zijn componist toch in de hoofdstad van het vrijwillig levenseinde zien te krijgen, vandaar.
Ondanks dergelijke tekortkomingen is Amsterdam een heerlijke en macabere klucht.
Dit was de laatste aflevering van onze rubriek De boekentip. De jarige stad Amsterdam (750!) speelt een centrale rol in ons septembernummer. Meer over componisten in de Grote Zaal lees je hier.