Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
achter de schermen

De gevel van Het Concertgebouw opnieuw in de verf

door Frederike Berntsen
01 nov. 2017 01 november 2017

Mede dankzij Het Concertgebouw Fonds staat de muziektempel aan de Van Baerlestraat er fris en sterk bij. Het fonds financiert grootschalige onderhouds- en renovatieprojecten. Afgelopen zomer werd de oostgevel onder handen genomen.

Hoog boven straatniveau kijken gebeeldhouwde componistenbustes uit over het Museumplein, blazen engeltjes op een gouden trompet en dragen pilasters bij aan de monumentale uitstraling van Het Concertgebouw. Afgelopen zomer stond de voor­gevel, waar oorspronkelijk de hoofdingang was gesitueerd, in de steigers. De neus van Tsjaikovski werd gerestaureerd en hardsteen kwam onder het stadsvuil vandaan. Tot en met de houten dakgoten aan toe werd alles onder de loep genomen. Eens in de zeven jaar is iedere gevel aan de beurt.

Dat kan allemaal niet zonder het geld van begunstigers; mede dankzij hen staat het honderdnegenentwintig jaar oude gebouw nog steeds fier overeind. Het Concertgebouw Fonds, dat financiële middelen werft voor met name renovatie en educatie, draagt bij aan dergelijke operaties. Voor deze onderhoudsbeurt heeft Het Concertgebouw daarnaast ook rijkssubsidie ontvangen.

Economisch

Ton Smit, hoofd technische dienst van Het Concertgebouw, begeleidt groot onderhoud en renovatie en is opgetogen: ‘Dit gebouw onderhouden we zo goed, met zulke kwaliteitsmaterialen, dat bijvoorbeeld de beeldenpartij niet geschilderd hoefde te worden. Die kwam als nieuw onder de viezigheid vandaan, alsof hij gisteren nog gedaan was. Blijft er genoeg over om wel bij te werken, maar toch. We schilderen het stucwerk, het hardsteen wordt hersteld waar nodig, de stalen onderdelen worden opnieuw behandeld met een primer enzovoorts. We pakken het groots aan.

'Die engeltjes blazen niet op zomaar een gelakt instrument'

Het is arbeidsintensief om een steiger neer te zetten, daarin zit een groot deel van de kosten. Dan is het verstandig om ­grondiger te werk te gaan dan alleen dat ene plekje te doen. Bij een woning kun je zeggen “ik doe even dat kale randje, kwastje erover en dan zit het weer een tijd”, en over twee jaar doe je alles. Maar voor Het Concertgebouw moet ik na twee jaar weer die steiger opbouwen. Dat zou erg oneconomisch zijn.’

Hoog boven straatniveau kijken gebeeldhouwde componistenbustes uit over het Museumplein, blazen engeltjes op een gouden trompet en dragen pilasters bij aan de monumentale uitstraling van Het Concertgebouw. Afgelopen zomer stond de voor­gevel, waar oorspronkelijk de hoofdingang was gesitueerd, in de steigers. De neus van Tsjaikovski werd gerestaureerd en hardsteen kwam onder het stadsvuil vandaan. Tot en met de houten dakgoten aan toe werd alles onder de loep genomen. Eens in de zeven jaar is iedere gevel aan de beurt.

Dat kan allemaal niet zonder het geld van begunstigers; mede dankzij hen staat het honderdnegenentwintig jaar oude gebouw nog steeds fier overeind. Het Concertgebouw Fonds, dat financiële middelen werft voor met name renovatie en educatie, draagt bij aan dergelijke operaties. Voor deze onderhoudsbeurt heeft Het Concertgebouw daarnaast ook rijkssubsidie ontvangen.

Economisch

Ton Smit, hoofd technische dienst van Het Concertgebouw, begeleidt groot onderhoud en renovatie en is opgetogen: ‘Dit gebouw onderhouden we zo goed, met zulke kwaliteitsmaterialen, dat bijvoorbeeld de beeldenpartij niet geschilderd hoefde te worden. Die kwam als nieuw onder de viezigheid vandaan, alsof hij gisteren nog gedaan was. Blijft er genoeg over om wel bij te werken, maar toch. We schilderen het stucwerk, het hardsteen wordt hersteld waar nodig, de stalen onderdelen worden opnieuw behandeld met een primer enzovoorts. We pakken het groots aan.

'Die engeltjes blazen niet op zomaar een gelakt instrument'

Het is arbeidsintensief om een steiger neer te zetten, daarin zit een groot deel van de kosten. Dan is het verstandig om ­grondiger te werk te gaan dan alleen dat ene plekje te doen. Bij een woning kun je zeggen “ik doe even dat kale randje, kwastje erover en dan zit het weer een tijd”, en over twee jaar doe je alles. Maar voor Het Concertgebouw moet ik na twee jaar weer die steiger opbouwen. Dat zou erg oneconomisch zijn.’

  • Het Concertgebouw

    foto: Erik Mus

    Het Concertgebouw

    foto: Erik Mus

  • Het Concertgebouw

    foto: Erik Mus

    Het Concertgebouw

    foto: Erik Mus

Topmaterialen

Wat voor toverspul hebben jullie in handen, dat alles in zo’n goede staat wordt aangetroffen? ‘Materiaal waarvan je denkt: had ik dat thuis ook maar, niet het goedkoopste. En bladgoud; die engeltjes blazen niet op zomaar een gelakt instrument, en de letters “CONCERT-GEBOUW” glimmen echt chic. Met dank aan de financiële ondersteuning van met name Het Concertgebouw Fonds, waardoor het onderhoud op topniveau kan gebeuren. Met mindere kwaliteit willen we niet werken, dat is uiteindelijk duurder en onderhoudsintensiever. Voorbeeldje: afgelopen jaar deden we een test in de Grote Zaal om de verf van het plafond te beoordelen. Een enorme operatie, met een uren durende steigeropbouw. We hebben het plafond bekeken met deskundigen. In 1998 was dat voor het laatst geverfd.'

'We kunnen niet zomaar een andere tint gebruiken'

'Nou, het moest hooguit een beetje afgenomen worden, verder was er niets aan de hand. Ik moest er een lantaarn bij pakken om te zien welk stukje was afgenomen en welk niet.’ Voordat troffel, voegbord en kwast gehanteerd kunnen worden voor een buitengevel is er heel wat organisatie nodig. Smit: ‘Alles gebeurt in nauw overleg met de monumentencommissie. Het Concertgebouw is een rijksmonument. Zo staat de kleur van de verf vast, we kunnen niet zomaar een andere tint gebruiken of andersoortig materiaal inzetten voor reparaties. Technische adviseurs van AkzoNobel, het bedrijf dat ons met verf van Sikkens sponsort, zijn met ons langs de gevel gegaan om te bepalen hoe er moet worden schoongemaakt, geschuurd en geschilderd, welke producten we het beste kunnen gebruiken.’

Steigerdoek

‘Bij deze onderhoudsronde besloten we voor het eerst in de geschiedenis van Het Concert­gebouw om het doek dat voor het steigerwerk werd gespannen te bedrukken. Zo’n bescherming is nodig: mocht de schilder zijn verfkrabber laten vallen, dan belandt die niet op het fietspad. Het roze en geel van de Robeco SummerNights knalde het straatbeeld in. Aan weerszijden was de gevel zelf op het doek afgebeeld, wel zo elegant, niet gewoon een stuk gaasdoek in een willekeurige kleur.’

Bij zo’n gevel, de buitenkant van het gebouw, valt het op dat er gewerkt wordt. Maar binnen, de renovatie van de antichambre – daar waar solisten en dirigenten verpozen – en het nieuwe tapijt in de champagnebar, het lijkt ongemerkt te gebeuren. Opeens is het er. ‘Dat is een kwestie van strak plannen’, zegt Smit. ‘We werken tussen de bedrijven door, het gebouw wordt intensief gebruikt. Af en toe een paar dagen, en dan moeten we de foyers spic en span opruimen en achterlaten. Alles voor de gasten in Het Concertgebouw.’

Topmaterialen

Wat voor toverspul hebben jullie in handen, dat alles in zo’n goede staat wordt aangetroffen? ‘Materiaal waarvan je denkt: had ik dat thuis ook maar, niet het goedkoopste. En bladgoud; die engeltjes blazen niet op zomaar een gelakt instrument, en de letters “CONCERT-GEBOUW” glimmen echt chic. Met dank aan de financiële ondersteuning van met name Het Concertgebouw Fonds, waardoor het onderhoud op topniveau kan gebeuren. Met mindere kwaliteit willen we niet werken, dat is uiteindelijk duurder en onderhoudsintensiever. Voorbeeldje: afgelopen jaar deden we een test in de Grote Zaal om de verf van het plafond te beoordelen. Een enorme operatie, met een uren durende steigeropbouw. We hebben het plafond bekeken met deskundigen. In 1998 was dat voor het laatst geverfd.'

'We kunnen niet zomaar een andere tint gebruiken'

'Nou, het moest hooguit een beetje afgenomen worden, verder was er niets aan de hand. Ik moest er een lantaarn bij pakken om te zien welk stukje was afgenomen en welk niet.’ Voordat troffel, voegbord en kwast gehanteerd kunnen worden voor een buitengevel is er heel wat organisatie nodig. Smit: ‘Alles gebeurt in nauw overleg met de monumentencommissie. Het Concertgebouw is een rijksmonument. Zo staat de kleur van de verf vast, we kunnen niet zomaar een andere tint gebruiken of andersoortig materiaal inzetten voor reparaties. Technische adviseurs van AkzoNobel, het bedrijf dat ons met verf van Sikkens sponsort, zijn met ons langs de gevel gegaan om te bepalen hoe er moet worden schoongemaakt, geschuurd en geschilderd, welke producten we het beste kunnen gebruiken.’

Steigerdoek

‘Bij deze onderhoudsronde besloten we voor het eerst in de geschiedenis van Het Concert­gebouw om het doek dat voor het steigerwerk werd gespannen te bedrukken. Zo’n bescherming is nodig: mocht de schilder zijn verfkrabber laten vallen, dan belandt die niet op het fietspad. Het roze en geel van de Robeco SummerNights knalde het straatbeeld in. Aan weerszijden was de gevel zelf op het doek afgebeeld, wel zo elegant, niet gewoon een stuk gaasdoek in een willekeurige kleur.’

Bij zo’n gevel, de buitenkant van het gebouw, valt het op dat er gewerkt wordt. Maar binnen, de renovatie van de antichambre – daar waar solisten en dirigenten verpozen – en het nieuwe tapijt in de champagnebar, het lijkt ongemerkt te gebeuren. Opeens is het er. ‘Dat is een kwestie van strak plannen’, zegt Smit. ‘We werken tussen de bedrijven door, het gebouw wordt intensief gebruikt. Af en toe een paar dagen, en dan moeten we de foyers spic en span opruimen en achterlaten. Alles voor de gasten in Het Concertgebouw.’

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.