De bedrukte grijsheid van Moskou
door Paul Janssen 01 mrt. 2017 01 maart 2017
Lisa Batiashvili groeide op in de Sovjet-Unie. Voor haar is Sjostakovitsjs Eerste vioolconcert ‘emotioneel het meest intense concert’ op de lessenaar in seizoen 16/17.
Sjostakovitsj
‘Ik ben opgegroeid met Sjostakovitsj’, zegt Lisa Batiashvili direct, zonder een vraag af te wachten. ‘Mijn vader speelde zijn strijkkwartetten; die werken zijn de soundtrack van mijn jeugd. Ik begreep niet alles, maar de werken klonken als een spannend boek. Wij leefden in die tijd in de Sovjet-Unie, dus iets van die onderhuidse spanning kwam wel over.’
Het Eerste vioolconcert van de Russische componist omarmde ze al jong. ‘Het was alsof ik een boek las waarin elke frase voor zichzelf spreekt. Je kunt zo’n enorme intensiteit opbouwen met dit werk, het is één grote ademtocht. Voor mij is het iedere keer emotioneel heel intens om het te spelen. Ik heb zelf niet echt een onderdrukt leven geleid, maar mijn ouders wel. Dus ik heb dat verlangen naar mentale vrijheid, wat voor mij uit dit concert spreekt, wel van huis uit meegekregen.’
De in 1979 geboren Lisa Batiashvili groeide op in de Georgische hoofdstad Tbilisi. De muziek kreeg ze – met een moeder die pianiste was en een vader die professioneel viool speelde – met de spreekwoordelijke paplepel ingegoten. Ze was nog een peuter toen ze haar eerste viool in handen kreeg en de lessen van haar vader wakkerden het vuur verder aan. Omdat de onrust van de uiteenvallende Sovjet-Unie in elke minuut van het leven voelbaar was en de dreiging van een burgeroorlog steeds manifester werd, emigreerde het gezin in 1991 naar Duitsland.
'Hier kon ik mij in vrijheid ontwikkelen tot de violist die ik nu ben'
Daar kwam de jonge violiste als twaalfjarige terecht op de Hochschule für Musik und Theater Hamburg. Twee jaar later zette ze haar studie voort in München. Het belang van deze emigratie werd al snel duidelijk: in 1995 won Batiashvili met haar zestien jaar als jongste deelnemer ooit de tweede prijs van het prestigieuze Jean Sibelius Vioolconcours in Helsinki. Sindsdien groeide ze snel uit tot een van de grootste violisten van haar generatie.
Bevrijding
Wie haar vraagt naar de periode onder het juk van de Sovjet-Unie krijgt steevast als antwoord: ‘Luister naar de eerste tien minuten van het Eerste vioolconcert van Sjostakovitsj. Daar klinkt de bedrukte grijsheid van Moskou in door. Daarom zit Sjostakovitsj in mijn genen; ik ken de sfeer die hij schetst uit eigen ervaring.’
De gang naar Duitsland voelde daarom ook als een bevrijding. ‘Het was alsof het leven zich opende. Ik heb als klein kind echt geen klagen gehad, maar ik voelde direct het verschil. Hier kon ik mij in vrijheid ontwikkelen tot de violist die ik nu ben.’
Sjostakovitsj
‘Ik ben opgegroeid met Sjostakovitsj’, zegt Lisa Batiashvili direct, zonder een vraag af te wachten. ‘Mijn vader speelde zijn strijkkwartetten; die werken zijn de soundtrack van mijn jeugd. Ik begreep niet alles, maar de werken klonken als een spannend boek. Wij leefden in die tijd in de Sovjet-Unie, dus iets van die onderhuidse spanning kwam wel over.’
Het Eerste vioolconcert van de Russische componist omarmde ze al jong. ‘Het was alsof ik een boek las waarin elke frase voor zichzelf spreekt. Je kunt zo’n enorme intensiteit opbouwen met dit werk, het is één grote ademtocht. Voor mij is het iedere keer emotioneel heel intens om het te spelen. Ik heb zelf niet echt een onderdrukt leven geleid, maar mijn ouders wel. Dus ik heb dat verlangen naar mentale vrijheid, wat voor mij uit dit concert spreekt, wel van huis uit meegekregen.’
De in 1979 geboren Lisa Batiashvili groeide op in de Georgische hoofdstad Tbilisi. De muziek kreeg ze – met een moeder die pianiste was en een vader die professioneel viool speelde – met de spreekwoordelijke paplepel ingegoten. Ze was nog een peuter toen ze haar eerste viool in handen kreeg en de lessen van haar vader wakkerden het vuur verder aan. Omdat de onrust van de uiteenvallende Sovjet-Unie in elke minuut van het leven voelbaar was en de dreiging van een burgeroorlog steeds manifester werd, emigreerde het gezin in 1991 naar Duitsland.
'Hier kon ik mij in vrijheid ontwikkelen tot de violist die ik nu ben'
Daar kwam de jonge violiste als twaalfjarige terecht op de Hochschule für Musik und Theater Hamburg. Twee jaar later zette ze haar studie voort in München. Het belang van deze emigratie werd al snel duidelijk: in 1995 won Batiashvili met haar zestien jaar als jongste deelnemer ooit de tweede prijs van het prestigieuze Jean Sibelius Vioolconcours in Helsinki. Sindsdien groeide ze snel uit tot een van de grootste violisten van haar generatie.
Bevrijding
Wie haar vraagt naar de periode onder het juk van de Sovjet-Unie krijgt steevast als antwoord: ‘Luister naar de eerste tien minuten van het Eerste vioolconcert van Sjostakovitsj. Daar klinkt de bedrukte grijsheid van Moskou in door. Daarom zit Sjostakovitsj in mijn genen; ik ken de sfeer die hij schetst uit eigen ervaring.’
De gang naar Duitsland voelde daarom ook als een bevrijding. ‘Het was alsof het leven zich opende. Ik heb als klein kind echt geen klagen gehad, maar ik voelde direct het verschil. Hier kon ik mij in vrijheid ontwikkelen tot de violist die ik nu ben.’
Ze is violiste geworden vanwege haar vader, zegt ze. ‘Ik luisterde graag als hij speelde. Dat wilde ik imiteren. Zo ben ik heel vanzelfsprekend aan de viool begonnen. Mijn vader was en is mijn eerste docent, maar de hele Sovjetschool is ook erg belangrijk geweest. Die was goed voor de technische basis, zo strikt dat ik er nog steeds niet helemaal van bevrijd ben.
Voor elk werk stond de interpretatie in feite al vast. Mogelijkheden om er van af te wijken waren er niet. Ik heb geluk gehad dat ik in Duitsland docenten kreeg die de Europese en Amerikaanse stijl door hun aderen hadden stromen. De vele manieren van denken en interpreteren die zo langs zijn gekomen hebben mij enorm geholpen mijn eigen weg te vinden. Ik weet nog dat ik voor de eerste keer Mozart hoorde op historische instrumenten. Dat was meteen een -eyeopener.’
Ze heeft zich echt los moeten maken van haar wortels, zegt ze. ‘Wat je als kind leert is zo sterk, zit zo diep. Ik heb mijzelf de ruimte moeten gunnen om te experimenteren. Ik wilde kunnen spelen alsof ik aan het zingen ben, dan klinkt het voor mij het meest natuurlijk. En daarvoor heb ik veel los moeten laten.’‘Een kwestie van karakter’, zo verklaart ze het feit dat het gelukt is, al ‘valt er altijd wat te verbeteren’.
Solist
Een kwestie van karakter is ook het feit dat ze solist is geworden. ‘Ik heb er zelf nooit zo over nagedacht, het gebeurde. Solist word je als mensen vinden dat je iets bijzonders te bieden hebt. En daarna wordt het een levenswijze. Het is uitdagend. Je bent eigen baas en zelf verantwoordelijk. En dan heb ik daarnaast ook nog een gezin omdat ik een compleet mens en een complete vrouw wilde zijn. Dat is goed; het “normaal mens zijn”, thuis gewoon moeder zijn, geeft mij een voedingsbodem om beter te kunnen spelen.
Natuurlijk is het waardevol om Dostojevski te lezen als je op hoog niveau muziek maakt, maar ik leer minstens zoveel van het echte leven. Thuis maakt het niet uit of je solist bent, dirigent of wat dan ook. Je dient je gezin en moet een voorbeeld zijn voor je kinderen. En ondertussen merk je hoe wijs zij al zijn. Sinds ik kinderen heb, ben ik Sjostakovitsj nog beter gaan begrijpen.’
Ze is violiste geworden vanwege haar vader, zegt ze. ‘Ik luisterde graag als hij speelde. Dat wilde ik imiteren. Zo ben ik heel vanzelfsprekend aan de viool begonnen. Mijn vader was en is mijn eerste docent, maar de hele Sovjetschool is ook erg belangrijk geweest. Die was goed voor de technische basis, zo strikt dat ik er nog steeds niet helemaal van bevrijd ben.
Voor elk werk stond de interpretatie in feite al vast. Mogelijkheden om er van af te wijken waren er niet. Ik heb geluk gehad dat ik in Duitsland docenten kreeg die de Europese en Amerikaanse stijl door hun aderen hadden stromen. De vele manieren van denken en interpreteren die zo langs zijn gekomen hebben mij enorm geholpen mijn eigen weg te vinden. Ik weet nog dat ik voor de eerste keer Mozart hoorde op historische instrumenten. Dat was meteen een -eyeopener.’
Ze heeft zich echt los moeten maken van haar wortels, zegt ze. ‘Wat je als kind leert is zo sterk, zit zo diep. Ik heb mijzelf de ruimte moeten gunnen om te experimenteren. Ik wilde kunnen spelen alsof ik aan het zingen ben, dan klinkt het voor mij het meest natuurlijk. En daarvoor heb ik veel los moeten laten.’‘Een kwestie van karakter’, zo verklaart ze het feit dat het gelukt is, al ‘valt er altijd wat te verbeteren’.
Solist
Een kwestie van karakter is ook het feit dat ze solist is geworden. ‘Ik heb er zelf nooit zo over nagedacht, het gebeurde. Solist word je als mensen vinden dat je iets bijzonders te bieden hebt. En daarna wordt het een levenswijze. Het is uitdagend. Je bent eigen baas en zelf verantwoordelijk. En dan heb ik daarnaast ook nog een gezin omdat ik een compleet mens en een complete vrouw wilde zijn. Dat is goed; het “normaal mens zijn”, thuis gewoon moeder zijn, geeft mij een voedingsbodem om beter te kunnen spelen.
Natuurlijk is het waardevol om Dostojevski te lezen als je op hoog niveau muziek maakt, maar ik leer minstens zoveel van het echte leven. Thuis maakt het niet uit of je solist bent, dirigent of wat dan ook. Je dient je gezin en moet een voorbeeld zijn voor je kinderen. En ondertussen merk je hoe wijs zij al zijn. Sinds ik kinderen heb, ben ik Sjostakovitsj nog beter gaan begrijpen.’