Wie is Anton Webern?
Anton Webern
componist
Anton Webern was een Oostenrijkse componist. Met Arnold Schönberg en Alban Berg behoort hij tot de belangrijkste componisten van de Tweede Weense school.
Waar is Anton Webern geboren?
Anton Friedrich Wilhelm von Webern is geboren 3 december 1883 te Wenen. Weberns vader was een mijningenieur en bezette op dit gebied de hoogste functie in de Oostenrijk-Hongaarse overheid. Vanwege dit werk verhuisde het gezin Webern een aantal keer, van Graz naar Klagenfurt en weer terug naar Wenen.
Wanneer begon Webern met componeren?
In Klagenfurt kreeg Webern zijn eerste lessen in muziektheorie en pianoles van Edwin Komauer. Hij bekwaamde zich ook op de cello en bespeelde dit instrument in een lokaal amateurorkest. Ook componeren deed Webern hier voor het eerst.
In 1902 begon Webern aan een studie muziekwetenschap te Wenen. In 1906 behaalde Webern zijn doctoraat op basis van een proefschrift over de vijftiende-eeuwse componist Heinrich Isaac. Isaacs muziek – strikt in vorm, veel gebruik van canons en individualistische partijen – is van grote invloed geweest op zijn eigen composities.
Hoe ontmoette Webern Arnold Schönberg?
Tijdens zijn studie muziekwetenschap kreeg Webern les van Guido Adler, een grote naam binnen de discipline. Adler merkte op dat zijn jonge student interesse had in compositie, en raadde Webern bij Schönberg aan.
Van 1904 tot 1908 componeerde Webern met Schönberg als mentor. In dat laatste jaar begon Schönberg met het componeren van atonale muziek en publiceerde Webern zijn eerste werken, de Passacaglia voor orkest en het koorstuk Entflieht auf Leichten Känen. Deze composities zijn nog redelijk tonaal.
Wanneer begon Webern met het componeren van atonale muziek?
In navolging van Schönberg publiceerde Webern in 1909 zijn eerste atonale werk, vijf liederen op teksten van Stefan George. De Fünf Lieder zijn, net als de muziek van Arnold Schönberg en Alban Berg uit deze tijd, extreem kort. Webern zou als enige van de drie deze korte duur zijn gehele carrière aanhouden.
Deze korte composities worden door Webern echter volledig benut. Zo verpakt hij in de eerste van de vijf liederen een quasi-canon in slechts drie maten. De korte duur van de composities en het feit dat Webern slechts 32 opusnummers publiceerde, betekent dat zijn volledige oeuvre in zes tot zeven uur kan worden uitgevoerd.
Webern nam in de jaren twintig Schönbergs twaalftoonstechniek (dodecafonie) over, die hij bleef gebruiken. Hij paste deze methodiek op steeds radicalere wijze toe. Door niet alleen toonhoogten in series te ordenen, maar ook ritme en klankkleur apart te behandelen, kwam Webern tot een geheel eigen ‘pointillistische’ stijl. Na de oorlog zou een hele generatie jonge componisten zijn benadering nog verder doorvoeren (‘serialisme’).
Wat waren Weberns activiteiten naast het componeren?
Als dirigent stond Webern tussen 1908 en 1918 veel in het theater, wat hem niet beviel. In de jaren twintig en dertig leidde hij enkele koren, waaronder een koor van de sociaaldemocratische partij.
Tussen 1915 en het einde van 1916 vocht Webern in de Eerste Wereldoorlog, maar hij werd wegens slecht zicht huiswaarts gestuurd.
Latere jaren en dood
In de loop van de jaren 1930 werd het voor Webern steeds moeilijker te componeren. De nazileer schetste atonale muziek als ‘ontaard’ en ‘bolsjewistisch’.
Na de emigratie van de joodse Schönberg in 1933 en de dood van Alban Berg in 1935 bleef Webern als enige van de 'grote drie' van de Tweede Weense School achter. Hij moest zijn geld zien te verdienen met het maken van piano-arrangementen voor andere componisten.
Op 15 september 1945 werd hij per ongeluk doodgeschoten door een Amerikaanse soldaat, toen hij naar buiten stapte om een sigaar te roken.
Deze korte composities worden door Webern echter volledig benut. Zo verpakt hij in de eerste van de vijf liederen een quasi-canon in slechts drie maten. De korte duur van de composities en het feit dat Webern slechts 32 opusnummers publiceerde, betekent dat zijn volledige oeuvre in zes tot zeven uur kan worden uitgevoerd.
Webern nam in de jaren twintig Schönbergs twaalftoonstechniek (dodecafonie) over, die hij bleef gebruiken. Hij paste deze methodiek op steeds radicalere wijze toe. Door niet alleen toonhoogten in series te ordenen, maar ook ritme en klankkleur apart te behandelen, kwam Webern tot een geheel eigen ‘pointillistische’ stijl. Na de oorlog zou een hele generatie jonge componisten zijn benadering nog verder doorvoeren (‘serialisme’).
Wat waren Weberns activiteiten naast het componeren?
Als dirigent stond Webern tussen 1908 en 1918 veel in het theater, wat hem niet beviel. In de jaren twintig en dertig leidde hij enkele koren, waaronder een koor van de sociaaldemocratische partij.
Tussen 1915 en het einde van 1916 vocht Webern in de Eerste Wereldoorlog, maar hij werd wegens slecht zicht huiswaarts gestuurd.
Latere jaren en dood
In de loop van de jaren 1930 werd het voor Webern steeds moeilijker te componeren. De nazileer schetste atonale muziek als ‘ontaard’ en ‘bolsjewistisch’.
Na de emigratie van de joodse Schönberg in 1933 en de dood van Alban Berg in 1935 bleef Webern als enige van de 'grote drie' van de Tweede Weense School achter. Hij moest zijn geld zien te verdienen met het maken van piano-arrangementen voor andere componisten.
Op 15 september 1945 werd hij per ongeluk doodgeschoten door een Amerikaanse soldaat, toen hij naar buiten stapte om een sigaar te roken.
Bijgewerkt op maandag 07 oktober 2019