Wat is absolute muziek?
absolute muziek
Absolute muziek is muziek die niet geïnspireerd is op een buitenmuzikaal gegeven, zoals een verhaal of een beeld.
Wat is absolute muziek?
Absolute muziek (ook wel ‘abstracte muziek’ genoemd) is muziek die niet over iets specifieks gaat. Dit in tegenstelling tot programmatische muziek, die geïnspireerd is op een buitenmuzikaal gegeven, bijvoorbeeld een verhaal. Tot absolute muziek worden vaak instrumentale werken als de symfonie, de sonate en het strijkkwartet gerekend.
Waar komt ‘absolute muziek’ vandaan?
Het idee van ‘absolute muziek’ vatte rond 1800 post onder vroeg-romantische Duitse schrijvers als Wilhelm Heinrich Wackenroder, Ludwig Tieck en E.T.A. Hoffmann. Sindsdien domineert het begrip de discussie over de esthetische waarde van muziek: het ‘l’art pour l’art’-principe ('de kunst om de kunst') zou het beste door de muziek vertegenwoordigd zijn en deze boven andere kunstvormen stellen. Een kunstwerk komt alleen tot stand om het zijn van 'kunst' en heeft verder geen morele of didactische functie.
Absolute muziek: de puurste muziek?
Ironisch genoeg, werd de term ‘absolute muziek’ voor het eerst in 1846 door Richard Wagner gebruikt om tégen deze muziek te pleiten. Hij claimde juist dat alleen muziek die iets betekent of uitdrukt (bijvoorbeeld een tekst of een programma) bestaansrecht heeft. Dit ontlokte een hevig dispuut in de tweede helft van de negentiende eeuw tussen ‘Wagnerianen’ (onder wie Liszt en Berlioz) en ‘Brahmsianen’. De vooraanstaande muziekcriticus Eduard Hanslick betoogde dat muziek, zoals de symfonieën van Brahms en Bruckner, als puur geluid en vorm kon worden genoten. Buitenmuzikale associaties zouden alleen maar afbreuk doen aan de schoonheid van de muziek.
Wat is absolute muziek?
Absolute muziek (ook wel ‘abstracte muziek’ genoemd) is muziek die niet over iets specifieks gaat. Dit in tegenstelling tot programmatische muziek, die geïnspireerd is op een buitenmuzikaal gegeven, bijvoorbeeld een verhaal. Tot absolute muziek worden vaak instrumentale werken als de symfonie, de sonate en het strijkkwartet gerekend.
Waar komt ‘absolute muziek’ vandaan?
Het idee van ‘absolute muziek’ vatte rond 1800 post onder vroeg-romantische Duitse schrijvers als Wilhelm Heinrich Wackenroder, Ludwig Tieck en E.T.A. Hoffmann. Sindsdien domineert het begrip de discussie over de esthetische waarde van muziek: het ‘l’art pour l’art’-principe ('de kunst om de kunst') zou het beste door de muziek vertegenwoordigd zijn en deze boven andere kunstvormen stellen. Een kunstwerk komt alleen tot stand om het zijn van 'kunst' en heeft verder geen morele of didactische functie.
Absolute muziek: de puurste muziek?
Ironisch genoeg, werd de term ‘absolute muziek’ voor het eerst in 1846 door Richard Wagner gebruikt om tégen deze muziek te pleiten. Hij claimde juist dat alleen muziek die iets betekent of uitdrukt (bijvoorbeeld een tekst of een programma) bestaansrecht heeft. Dit ontlokte een hevig dispuut in de tweede helft van de negentiende eeuw tussen ‘Wagnerianen’ (onder wie Liszt en Berlioz) en ‘Brahmsianen’. De vooraanstaande muziekcriticus Eduard Hanslick betoogde dat muziek, zoals de symfonieën van Brahms en Bruckner, als puur geluid en vorm kon worden genoten. Buitenmuzikale associaties zouden alleen maar afbreuk doen aan de schoonheid van de muziek.