Nog geen account of wachtwoord vergeten? Klik hier
interview

Jan Raes: 'we nemen graag risico's'

door Martijn Voorvelt
01 sep. 2015 01 september 2015

Het Koninklijk Concertgebouworkest introduceert op 10 september 2015 een nieuwe feestelijke concertformule ter opening van het seizoen: RCO Opening Night. Algemeen directeur Jan Raes legt uit hoe deze nieuwe traditie past binnen de toekomstplannen van het orkest.

Jan Raes: ‘Als je met je publiek een nieuw seizoen aangaat is het zinvol om een ritueel moment te creëren, het seizoen samen op feestelijke wijze te openen met je trouwe vrienden en partners. Een jaarlijks ijkpunt. Het wordt echt een unieke avond. We hebben met Yo-Yo Ma een legendarische solist die al twintig jaar niet meer bij het Concertgebouworkest heeft gespeeld. En we maken er meer van dan alleen een concert: er is een stijlvol diner, er zijn ontmoetingen met de toekomstige chef-dirigent en de orkestmusici en er zal nog een muzikale verrassing plaatsvinden. Het is een gezamenlijke start van ons 127e seizoen.’

Signaal

‘Het Concertgebouworkest is niet het eerste orkest dat zoiets organiseert’, benadrukt Jan Raes. ‘Vooral in de Angelsaksische landen wordt het seizoen vaak feestelijk geopend of besloten. Het gaat onder andere om verdieping van loyaliteit. Door te komen geef je een signaal af dat je van het orkest houdt – en het ook wilt steunen. We weten dat een aantal particulieren en bedrijven graag een maatschappelijke rol willen spelen. Uit liefde voor muziek en samenspel, maar ook omdat ze wensen dat het orkest de komende decennia op hetzelfde niveau kan blijven musiceren.'

'Zij nemen cultureel en maatschappelijk hun verantwoordelijkheid, waarbij de sterkste benen de zwaarste lasten dragen. Gelukkig maar, want we worden kwetsbaar, de laatste jaren. Door zo’n avond kunnen we onze lange-termijnambities realiseren, dit levend erfgoed – want dat is het orkest – blijven doorgeven. Onze educatieve activiteiten bijvoorbeeld – de Orkestacademie, de Familieconcerten, de kinder-apps – zijn alleen mogelijk door langdurig te blijven investeren. Onze loyale partners danken we graag door hen zo’n uniek concert buiten de abonnementenseries om aan te bieden.’

Risico's

Wat verwacht Jan Raes van deze nieuwe traditie? ‘Je moet dit natuurlijk jaarlijks doen, een nieuw concept heeft tijd nodig. Maar wij nemen graag risico’s! Daarom past Yo-Yo Ma ook bij ons. Hij is een musicus die buiten de lijnen durft te kleuren. Daniele Gatti ook. En Sjostakovitsj nam veel risico’s! We spelen zijn Eerste celloconcert, in 1959 geschreven voor de legendarische Mstislav Rostropovich, die het al in 1960 met het Concertgebouworkest speelde.'

Jan Raes: ‘Als je met je publiek een nieuw seizoen aangaat is het zinvol om een ritueel moment te creëren, het seizoen samen op feestelijke wijze te openen met je trouwe vrienden en partners. Een jaarlijks ijkpunt. Het wordt echt een unieke avond. We hebben met Yo-Yo Ma een legendarische solist die al twintig jaar niet meer bij het Concertgebouworkest heeft gespeeld. En we maken er meer van dan alleen een concert: er is een stijlvol diner, er zijn ontmoetingen met de toekomstige chef-dirigent en de orkestmusici en er zal nog een muzikale verrassing plaatsvinden. Het is een gezamenlijke start van ons 127e seizoen.’

Signaal

‘Het Concertgebouworkest is niet het eerste orkest dat zoiets organiseert’, benadrukt Jan Raes. ‘Vooral in de Angelsaksische landen wordt het seizoen vaak feestelijk geopend of besloten. Het gaat onder andere om verdieping van loyaliteit. Door te komen geef je een signaal af dat je van het orkest houdt – en het ook wilt steunen. We weten dat een aantal particulieren en bedrijven graag een maatschappelijke rol willen spelen. Uit liefde voor muziek en samenspel, maar ook omdat ze wensen dat het orkest de komende decennia op hetzelfde niveau kan blijven musiceren.'

'Zij nemen cultureel en maatschappelijk hun verantwoordelijkheid, waarbij de sterkste benen de zwaarste lasten dragen. Gelukkig maar, want we worden kwetsbaar, de laatste jaren. Door zo’n avond kunnen we onze lange-termijnambities realiseren, dit levend erfgoed – want dat is het orkest – blijven doorgeven. Onze educatieve activiteiten bijvoorbeeld – de Orkestacademie, de Familieconcerten, de kinder-apps – zijn alleen mogelijk door langdurig te blijven investeren. Onze loyale partners danken we graag door hen zo’n uniek concert buiten de abonnementenseries om aan te bieden.’

Risico's

Wat verwacht Jan Raes van deze nieuwe traditie? ‘Je moet dit natuurlijk jaarlijks doen, een nieuw concept heeft tijd nodig. Maar wij nemen graag risico’s! Daarom past Yo-Yo Ma ook bij ons. Hij is een musicus die buiten de lijnen durft te kleuren. Daniele Gatti ook. En Sjostakovitsj nam veel risico’s! We spelen zijn Eerste celloconcert, in 1959 geschreven voor de legendarische Mstislav Rostropovich, die het al in 1960 met het Concertgebouworkest speelde.'

'Yo-Yo Ma past bovendien bij het Concertgebouworkest omdat hij een zoon van interculturalisme is: hij is in Parijs geboren uit Chinese ouders en opgegroeid in de Verenigde Staten. Ook het orkest is met zijn 27 nationaliteiten een spiegel van verschillende achtergronden, evenals ons publiek. Dat hoort bij Amsterdam.’

Waarden

Is deze avond ook een politiek signaal? Jan Raes: ‘Dat niet direct, maar ik denk wel dat we ons hiermee extra moeten profileren: we laten zien dat we samen deel uitmaken van een veranderend sociologisch weefsel, en tonen dat het orkest in deze tijden van veranderende paradigma’s al jaren innoverend te werk gaat. Zo zijn Essentials en het AAA Festival in korte tijd een groot succes geworden. Die innovaties zijn er om maatschappelijke en economische veranderingen op een kwaliteitsvolle manier te benaderen. Dat doen we ook met de RCO Opening Night. Er is behoefte aan kwaliteit en verdieping, ook in de zakelijke wereld. Je ziet wereldwijd een groeiende behoefte aan nieuwe waarden: luisteren naar elkaar, dialoog, samenspel, het doorgeven van schoonheid. Je merkt dat mensen mooie, waardevolle en diep- stille momenten willen delen, waardoor ze de waan van de dag en hun kwartaalcijfers kunnen ontstijgen. De economische crisis is misschien wel het gevolg van een culturele crisis. Daarom zijn die waarden zo belangrijk.’

Jaloers

‘Ik vind dat je als kunstinstelling routine moet blijven ontwijken. Door de steun van het publiek, sponsors en de overheden kunnen we de intrinsieke kracht van muziek blijven opzoeken. Ondertussen heeft het orkest een gemiddelde zaalbezetting van 95 procent, daar mag Nederland trots op zijn. Let wel, wij hebben 51 procent eigen inkomsten, dat is uniek in Europa. In het buitenland is men jaloers op Nederland: een klein land met een wereldbefaamd orkest. Dat willen we koesteren. Met de RCO Opening Night vieren we samen die – fragiele – positie… en de vriendschap. Want ons publiek, dat zijn onze ambassadeurs. Ook in het buitenland: we hebben steeds meer buitenlandse vriendenclubs. Dit orkest en zijn “familie”, dat is onbetaalbaar.’

'Yo-Yo Ma past bovendien bij het Concertgebouworkest omdat hij een zoon van interculturalisme is: hij is in Parijs geboren uit Chinese ouders en opgegroeid in de Verenigde Staten. Ook het orkest is met zijn 27 nationaliteiten een spiegel van verschillende achtergronden, evenals ons publiek. Dat hoort bij Amsterdam.’

Waarden

Is deze avond ook een politiek signaal? Jan Raes: ‘Dat niet direct, maar ik denk wel dat we ons hiermee extra moeten profileren: we laten zien dat we samen deel uitmaken van een veranderend sociologisch weefsel, en tonen dat het orkest in deze tijden van veranderende paradigma’s al jaren innoverend te werk gaat. Zo zijn Essentials en het AAA Festival in korte tijd een groot succes geworden. Die innovaties zijn er om maatschappelijke en economische veranderingen op een kwaliteitsvolle manier te benaderen. Dat doen we ook met de RCO Opening Night. Er is behoefte aan kwaliteit en verdieping, ook in de zakelijke wereld. Je ziet wereldwijd een groeiende behoefte aan nieuwe waarden: luisteren naar elkaar, dialoog, samenspel, het doorgeven van schoonheid. Je merkt dat mensen mooie, waardevolle en diep- stille momenten willen delen, waardoor ze de waan van de dag en hun kwartaalcijfers kunnen ontstijgen. De economische crisis is misschien wel het gevolg van een culturele crisis. Daarom zijn die waarden zo belangrijk.’

Jaloers

‘Ik vind dat je als kunstinstelling routine moet blijven ontwijken. Door de steun van het publiek, sponsors en de overheden kunnen we de intrinsieke kracht van muziek blijven opzoeken. Ondertussen heeft het orkest een gemiddelde zaalbezetting van 95 procent, daar mag Nederland trots op zijn. Let wel, wij hebben 51 procent eigen inkomsten, dat is uniek in Europa. In het buitenland is men jaloers op Nederland: een klein land met een wereldbefaamd orkest. Dat willen we koesteren. Met de RCO Opening Night vieren we samen die – fragiele – positie… en de vriendschap. Want ons publiek, dat zijn onze ambassadeurs. Ook in het buitenland: we hebben steeds meer buitenlandse vriendenclubs. Dit orkest en zijn “familie”, dat is onbetaalbaar.’

Dit artikel wordt u gratis aangeboden door Preludium. Meer lezen? Abonneer dan nu.